reisavontuur in china – 2011
Wanneer we in 2011 in China zijn en het land doorkruisen, nemen we daar standaard de trein – die een aantal gigantische steden op een efficiënte manier met elkaar verbindt. We rijden er onder andere mee van Beijing naar Shanghai , een afstand van 1.300 kilometer. We leggen het traject af in minder dan vijf uur, zonder ergens een bocht te hoeven maken. Vooral met volle vaart rechtdoor gaan – ‘immer gerade aus’ zoals de Duitsers zeggen – is het devies, ook al moesten daar heel wat woningen voor gesloopt worden. De stations die ik onderweg zie, lijken meer op luchthavens dan op treinstations. Alles verloopt er zo op het oog gesmeerd en punctueel. Niet zo gek dus dat Chinese treinen sinds kort bovenaan de lijstjes prijken van snelste treinen ter wereld. In de ranglijst snel – sneller – snelst staat China duidelijk bovenaan, tot afgrijzen van Japan die hun positie daarmee zien tanen.
fast pace
China is een land dat het begrip fast pace lijkt te hebben omarmd. Zo hebben de mensen in het vliegtuig bij aankomst de grootste moeite om te blijven zitten terwijl het vliegtuig al aan de grond staat. Ons hotel in Shanghai is daarnaast gelegen aan de drukste en meest moderne boulevard die je maar kunt bedenken. Het leven ís hier fast pace, of je nou wilt of niet. Die dag lees ik dat er een mondiaal verschijnsel bestaat dat hiermee te maken heeft: naarmate een stad groter is en sneller groeit qua economie (en dus duurder wordt), neemt de wandelsnelheid van de inwoners in die stad toe. Tijd is immers geld. Shanghai is daar een mooi voorbeeld van.
Wanneer we een paar dagen later een taxi naar het treinstation nemen om naar Beijing te gaan, wordt duidelijk waar China naartoe onderweg is. Via een snelweg die ver boven de stad door de lucht loopt, rijden we in minder dan een half uur naar het station van Shanghai Hongqiao – dat door haar looks, de instapprocedure en de hele vibe eromheen veel meer aanvoelt als een luchthaven dan een treinstation. De trein die we nemen ziet er minstens zo futuristisch uit. China is overduidelijk geen tweedewereld-land meer. Sterker nog: hier kan Nederland een puntje aan zuigen. Maar we hebben het hier dan ook wel over een van de snelste treinen ter wereld: in minder dan vijf uur tijd leggen we de 1.300 kilometer afstand tussen de twee grootste steden van China af. Altans, dat is de bedoeling. Eerst zien, dan geloven. De Fyra beloofde immers ook gouden bergen, zonder die verwachtingen ooit waar te kunnen maken.
de feiten
Goed, een paar feiten dan maar eerst. Want wat precies de snelste trein ter wereld is, verandert zo ongeveer met de maand. Feit is dat de Shanghai Maglev Trein in China de snelste passagierstrein in de wereld is op het moment dat wij hem nemen. Binnen twee minuten na het opstarten gaat deze zweeftrein al 350 kilometer per uur. En op zijn toppunt haalt hij een snelheid van 431 kilometer per uur. De maglevtrein kan zo’n hoge snelheid behalen, omdat hij door magnetisme boven het spoor zweeft. In plaats van metalen wielen die op een metalen rails rijden, zweeft deze trein dus eigenlijk in de lucht.
Op dit moment staan in de lijst van snelste treinen ter wereld vijf treinen die commercieel in gebruik zijn als passagierstrein. Daarvan rijden er maar liefst drie in China. Het land staat echter niet stil en is continu bezig met het ontwikkelen van treinen die nóg sneller gaan. Zo is de China Railway Rolling Stock Corporation (CRRC) bezig met een nieuwe maglevtrein, die zeshonderd kilometer per uur moet gaan rijden. Als alles succesvol verloopt, is het plan om een spoor van bijna twintigduizend kilometer aan te leggen voor deze trein.
in de nek hijgen
Japan is de grote concurrent die China in de nek hijgt als het erom gaat wie de snelste is. Dat land heeft inmiddels een eigen maglevtrein ontwikkeld, die een snelheid van 589 kilometer per uur haalt. Japan moet echter nog wel even organiseren dat die trein ook echt gaat rijden. Zo is de Japanse overheid nog bezig om de spoorwegen geschikt te maken voor deze trein; daarnaast moet er nog onderzoek worden gedaan naar de invloed op het milieu en de omgeving. De enige Japanse passagierstrein die momenteel al in gebruik is is de Shinkansen, die met ‘maar’ 186 kilometer per uur op een tiende plek staat van snelste treinen ter wereld. Voorlopig kun je dus rustig stellen dat China de onbetwiste winnaar is als het gaat om de vraag wie de snelste is.
China is dan ook duidelijk on the move. Dat blijkt ook wanneer de maglevtrein tussen Shanghai en Beijing op een tussenstation stopt. Dat station ziet er namelijk minstens zo mooi, schoon en futuristisch uit als dat van Shanghai. De rails vertoont voor zover ik kan inschatten op geen enkel punt een bocht – wat wil zeggen dat alles wat in de weg stond hoogstwaarschijnlijk weggehaald (lees: gesloopt) is. Perfect voor het realiseren van een nieuw record voor een nog te ontwikkelen Chinese hogesnelheidstrein, zou je denken. Ik ga er vanuit dat China over tien jaar dan ook minstens zo goed vertegenwoordigd is in het rijtje van snelste treinen ter wereld als nu. Alle ingrediënten om dit te realiseren zijn immers in huis.
ondenkbaar
Zo staan mensen-, dieren- en milieurechten in dit land veelal op een laag pitje; een inspraakprocedure voor bewoners of natuur die hiervoor gekapt moet worden is er dan ook nicht im frage. Je moet in zo’n geval waarschijnlijk gewoon maken dat je wegkomt, want je huis staat er simpelweg niet meer wanneer je ‘s avonds thuiskomt – althans, zo vermoed ik dat het in China zomaar eens kan gaan bij het aanleggen van een nieuwe treinrails. Het is niet voor niets dat een treinroute hier binnen no time uit de grond gestapt wordt. Dat is in Nederland echt ondenkbaar. Kijk alleen al naar de besluitvorming omtrent de Noord/Zuidlijn in Amsterdam, de Fyra en de Betuwelijn – die er uiteindelijk nooit kwam, ondanks de investering van honderden miljoenen euro’s.
Dat je in China als bewoner zomaar opeens je huis kwijt kunt zijn wanneer dat huis per ongeluk op een geplande treinroute ligt is wel echt zuur. Maar die trein rijdt wel lekker snel. En die mensen hebben inmiddels van de Chinese overheid vast een plekje gekregen in een van de moderne wolkenkrabbers die naast de treinrails opdoemen. Toch? Hopelijk? Ik durf mijn hand er niet voor in het vuur te steken, maar hoop het met heel mijn hart.
oeverloos rondjes rijden
Naast snel zijn de treinen in China ook nog zeer punctueel – en dus zijn we op de minuut nauwkeurig in Beijing, 4 uur en 55 minuten na vertrek uit Shanghai. Na een lange wachtrij voor de taxistandplaats zitten we uiteindelijk in de taxi bij een man die bij god niet weet waar we moeten zijn. De naam van de door ons gereserveerde guesthouse zegt hem niets, noch de naam van de straat of de plattegrond van het deel van de stad waar die ligt. Na een half uur oeverloos rondjes rijden besluit ik de hoteleigenaar te bellen en die ons erheen te laten loodsen. De aanwijzingen, die uiteraard in het Chinees worden gegeven, sorteren echter weinig effect en een kwartier later rijden we nog steeds (dezelfde?) rondjes door de wijk.
Het telefoongesprek met de hoteleigenaar gaat duidelijk gepaard met veel vraagtekens in het hoofd van onze taxichauffeur. Het mag dan ook een wonder heten dat we uiteindelijk na een uur toch op de plaats van bestemming zijn. Eerlijk is eerlijk, onze B&B zit is een klein straatje en alle straatjes in de wijk lijken redelijk op elkaar. Maar toch. Blijkbaar verloopt niet alles in China zo efficiënt en snel als de trein.
treinstewardessen
Een paar dagen later gaan we op weg naar onze volgende bestemming: Suzhou, een pittoresk stadje dat een stuk zuidelijker in China ligt. Met de hoge snelheidslijn is het echter maar een paar uurtjes rijden. Ik merk dat je in dit land snel gewend raakt aan de enorme afstanden die je met deze treinen in een paar uur tijd kunt afleggen. Net zo normaal vind ik de treinstewardessen, die in elke hogesnelheidstrein rondlopen om je te bedienen. Je zou bijna vergeten dat je je in een trein bevindt, in plaats van een vliegtuig.
Helaas zijn er last minute alleen nog maar eerste klas-kaartjes te koop. Niet omdat er geen tweede klasse-kaartjes meer zijn, maar gewoon omdat men weet dat als je zo last minute een kaartje koopt je vast een toerist bent of een rijke zakenman – die best iets extra mag betalen. En zo reizen we met ruim vierhonderd kilometer per uur en nog meer beenruimte en comfort dan voorheen naar Suzhou toe. Onze zoon dommelt ondertussen weg in zijn reisbedje, dat prima blijkt te passen in de loze ruimte van onze treincoupé.
lost in translation
Een dag later zijn we wederom op weg met een taxi naar het treinstation; dit keer om de trein van Suzhou naar Hangzhou te nemen. Omdat onze spullen nog in ons guesthouse liggen, moet de taxichauffeur daar een tussenstop maken. Helaas spreekt de goede man geen woord Engels – en dus kunnen we elkaar niet verstaan. We bellen daarom met ons guesthouse, zodat zij de chauffeur kunnen instrueren. Het blijft lastig communiceren met locals, doordat de meeste Chinezen geen Engels spreken.
Dat laatste geldt helaas ook voor de dame van het guesthouse – die ons blijkbaar toch verkeerd begrijpt en daardoor verkeerde instructies geeft aan de taxichauffeur. Die rijdt vervolgens niet naar ons hostel om onze tassen op te halen (zoals we net denken te hebben afgestemd met de dame aan de telefoon), maar direct naar het station toe. Eenmaal op het station, beseffen we dat er iets fout is gegaan in de communicatie en we onze tassen nog altijd niet hebben. Uit tijdgebrek splitsen we onszelf op: Kris blijft met Zev op het station om kaartjes te kopen, terwijl ik met de taxichauffeur naar het hostel ga om onze rugzakken te halen.
communicatieproblemen
De taxichauffeur heeft echter geen idee waar het hostel is en moet aan alle kanten navraag doen hoe daar te komen. Het duurt uiteindelijk zo lang, dat ik hem dwing te stoppen en te bellen met het hostel. Omdat dat niet ver, maar wel lastig bereikbaar is met de auto, besluit ik uit te stappen en lopend de spullen op te halen. Samen met de chauffeur rennen we naar het hostel, pakken onze spullen en rennen daarmee weer terug naar de taxi – waarna we terugrijden naar het station. Het duurt alles bij elkaar echter zo lang, dat ik veel te laat arriveer en de trein al is vertrokken. Bij aankomst hoor ik gelukkig dat ik niet de enige was: Kris was ook te laat met het kopen van kaartjes, omdat hij de juiste ticket office niet kon vinden. How about lost in translation?
De conclusie van dit verhaal: maak in China vooral gebruik van alle hoge snelheidstreinen en de technische superioriteit van de Chinezen. Maar vergeet vooral niet om tijd uit te trekken voor de communicatie eromheen. Die wil nog weleens mislopen – waardoor je die supersnelle trein zomaar weer kunt missen.
–
meer reisverhalen uit oost-azië
Wil je meer weten over mijn ervaringen in Oost-Azië? Lees dan deze verhalen:
china e.a. – fast fashion victim
china e.a. – offline daten 2.0
china e.a. – springlevende doden
china & vietnam – authentiek dierenleed
japan, china, singapore, bali – rugzak vol luiers
japan & denemarken – rituele afslachting
–
reis je met me mee?
–