reisavontuur in india – 2005
Ik ben ruim twee maanden op reis in India, wanneer mijn travel buddies Yan (een Israëlische Jood), Fire (een rastafari uit Zuid Afrika) en ikzelf besluiten te gaan wintersporten in de Himalaya. Dat kan in Auli, een dag rijden vanaf yoga-bakermat Rishikesh waar we op dat moment verblijven. Waarschijnlijk is Auli niet te vergelijken met Tirol of de Alpen, maar dat hoeft ook niet. Zeker niet voor Yan en Fire, die allebei nog nooit in hun leven sneeuw gezien hebben. Er is in ieder geval een skilift – in tegenstelling tot een ander skigebied in de buurt, waar je zelf omhoog moet lopen nadat je een helling naar beneden geskied bent. Je hebt dus altijd nog baas boven baas als het gaat om Indian style wintersporten.
d-day
Rishikesh, de meest chille plek van India, is echter lastig om te verlaten – en dus besluiten we om ons vertrek toch nog een dag uit te stellen. Heerlijk, die vrijheid en flexibiliteit om elke dag opnieuw te kunnen bepalen welke kant je op gaat – of in dit geval nog een dag langer te blijven. Ik geniet nog een extra dag van mijn geheime strandje aan de Ganges, waar het water zo helder is dat je het zou kunnen drinken. Dat is bijna niet voor te stellen aangezien de Ganges een paar duizend kilometer verderop voorzien is van miljoenen poepkolonies en zelfs lijken, die daarin vanuit traditie gedumpt worden. Hier in Rishikesh is het water pas net van de bergen naar beneden gekomen – en dus nog niet vervuild met industrie, lijken of poepkolonies. Daarmee is het een van de weinige plekken in India die ik ken waar je met een gerust hart kunt zwemmen. Zeker nu ik in de warmte zit, voelt het onwerkelijk dat we morgen in de sneeuw staan rond dit tijdstip!
De dag erna besluiten we onze wintersport nóg een dag uit te stellen. Gewoon, omdat het kan. De dag daarna is echter D-Day: we moeten nu doorzetten en gewoon gaan. Ik ben de enige met een wekker – en dus met de verantwoordelijkheid om op tijd op te staan. Dat betekent in dit geval dat ik om vijf uur ’s nachts naast mijn bed sta. Als een soort moeder de gans c.q. moeder overste maak ik mijn twee kuikens wakker, zodat we om zes uur alle drie klaar staan met onze rugzak op onze rug. Wintersport here we come!
hardcore reizen
Helaas mist de lokale bus die we nemen deze westerse punctualiteit. Dat wil zeggen: er komen diverse bussen langs, maar niet de onze. Net wanneer we gaan twijfelen of hij überhaupt wel gaat vandaag, stopt de ‘deluxe’ bus naar Yoshimath – de plaats waar we eerst naartoe moeten. ‘Deluxe’ is in dit geval een mooie marketingtruc én een lachertje, want de stoelen staan slechts dertig centimeter van elkaar af en zijn zo hard dat je billen er na een paar uur zitten pijn van doen. Het enige verschil met een gewone bus is dat deze bus twee stoelen naast elkaar heeft in plaats van drie. Verder mist de bus net zoveel comfort als alle andere Indiase bussen. Dit zou weleens een hellish ride kunnen worden, zo voel ik aan mijn water.
Ik krijg direct een ‘aha-erlebnis‘ naar een minstens zo helse busrit in India, vanaf Hampi naar Mysore. Inclusief een stinkende lokale bus, met daarin vele starende en zwetende mannen, ranzige stoelen om op te zitten, een groot gebrek aan ruimte voor je benen, hoofd of andere lichaamsdelen én een idiote buschauffeur – die ook nog eens scheurde over een weg die daar echt niet op gebouwd is. Terwijl de weg een snelheid van maximaal twintig kilometer per uur toeliet, denderden wij er met een noodvaart overheen.De busrit van Rishikesh naar Auli heeft misschien niet ditzelfde kaliber, maar kan wel de boeken in als een van de slechtste busritten die ik ooit heb meegemaakt.
hellish ride
Ik blijf echter positief, met name omdat Yan al mega-chagrijnig is en Fire kotsend uit het raam hangt. Ik zal tegengas moeten geven om de moed erin te houden. Overigens zijn Yan en ik de enigen die onderweg níet kotsend uit het raam hangen. Dat kotsen gaat bij veel locals opvallend soepel en efficiënt. Je hebt het vaak niet eens door. Mannen, vrouwen, kids: alles hangt at some stage uit het raam te brokken. Zelfs letterlijk, want de half verteerde dahl – een typisch Indiaas gerecht, gemaakt van spliterwten in een pittig sausje – vliegt me op een gegeven moment letterlijk in het gezicht. Tijdens de stop die we onderweg maken, zien we opeens ook aan de buitenkant van de bus slierten kots naar beneden druipen.
Gelukkig mogen we een paar uur voor aankomst van bus wisselen, zodat we uiteindelijk alsnog onze deluxe bus met push back-chair hebben. Stel je er echter vooral niet teveel bij voor: het is en blijft een ranzige bus. Maar dan wél een met stoelen die redelijk zitten en naar achter kunnen. Een boek lezen is echter onmogelijk, door de vele bochten en hobbels. Muziek luisteren met een koptelefoon op is ook uitgesloten: door de snoeiharde Shiva-muziek, die door de bus galmt en op repeat staat, is het onmogelijk om iets anders te horen dan dat. Mijn billen hebben na de busrit bovendien alle kleuren van de regenboog, als gevolg van het continue neersmakken in mijn stoel – een direct gevolg van de vele gaten in de weg.
één oog is koning
Gelukkig zijn de uitzichten vanuit de bus wél prachtig. Sterker nog: het zijn zo ongeveer de mooiste vergezichten die ik ooit heb gezien. De dreigende afgrond naast ons is alleen niet echt prettig – vooral omdat er geen vangrail of hek is gebouwd en de weg op sommige delen opeens een stuk mist. Maar de prachtige witte sneeuwtoppen in de verte en de grasgroene rijstvelden naast ons maken veel goed. Ze zorgen ervoor dat ik zelfs heimelijk een beetje geniet van deze rit, zoals ik wel vaker heimelijk van hele slechte busritten kan genieten.
Einde middag arriveren we in Auli, na slechts negen uur in de bus. We zijn zowaar op tijd; een unicum voor Indiase begrippen. We nemen een taxi naar het skigebied en terwijl we omhoog rijden, wordt het naast ons steeds witter. Fire en Yan gaan uit hun dak: ze zien voor het eerst in hun leven sneeuw. Eenmaal op de berg, is het uitzicht waanzinnig en behoorlijk vergelijkbaar met dat in Zwitserland en Oostenrijk. Ons onderkomen zit op de piste, ernaast loopt de enige skilift die er is in het gebied. En dan te bedenken dat dit het ‘Premier Skiresort’ van India is. Dat laatste merk je vooral aan de upper class van India, die hier een soort halve catwalk doet in gloednieuwe, flashy skipakken. Dat het gebied maar twee pistes heeft is een minor detail. In het land der blinden is éénoog immers koning.
indian style snowboarden
Ik heb de dag ervoor een telefonische reservering gemaakt in het enige guesthouse dat Auli rijk is. Zoals zo vaak probeert de receptie daarbij onder de gemaakte (prijs)afspraak uit te komen. We zijn alle drie inmiddels gelukkig zó gehaaid dat we het afzetten niet meer accepteren – en dus lukt het ons na wat assertief gedrag om alsnog onze kamer te krijgen tegen de afgesproken prijs. Een vurige Israëliër, een boze Rastafari en een pittige Dutchy maken gezamenlijk een behoorlijke indruk, zo blijkt. Ons ieniemienie houten huisje van vier vierkante meter heeft alleen een open haard om op te warmen. Het is weliswaar (te) klein, maar wel heel gezellig. We gaan nog een keer in discussie met de receptie om een extra bed te regelen, waarna we eten in het (veel te koude en ongezellige) restaurant dat bij het guesthouse hoort. We hebben alle drie honger en zijn alle drie koud – een garantie voor veel geklaag.
Gelukkig voelen we ons de volgende morgen een stuk beter. Het weer lijkt redelijk, de snowboards en ski’s staan klaar en na een vast ochtendritueel (lees: een joint) zijn ook Fire en Yan klaar om te gaan. Het is bijzonder om een Zuid-Afrikaanse Rastafari en Israëliër in een ski-outfit te zien. Terwijl zij spullen passen, ga ik vast naar boven met de lift. Eenmaal boven, merk ik echter dat mijn snowboardschoenen te groot zijn en de bindingen van het board niet goed vastzitten. Na veel gestuntel met mijn gare snowboard-gear, breekt uiteindelijk het hele voetstuk van het snowboard af. Indian quality dus. Om mijn spullen te vervangen moet ik weer terug naar de snowboardverhuurder, die halverwege de berg zit. De lift gaat echter alleen als er meer dan drie mensen staan te wachten – en dus duurt het een uur voordat de lift ook echt gaat. Ook typisch Indiaas.
warme chocolademelk & wierook
Ik voer vervolgens een pittige discussie met de snowboardverhuurder, over de vraag of hij dodgy boards verhuurt óf ik een onverantwoordelijk snowboarder ben. Is dat laatste überhaupt mogelijk met alleen een blauwe piste om vanaf te gaan en geen andere mensen op de piste? Omdat er geen schoenen zijn in mijn eigen maat – best bijzonder gezien mijn doorsnee maat 38 en het feit dat er geen andere snowboarders op de piste zijn – huur ik dan maar ski’s. Beter iets dan niets, ook al is skiën van een blauwe piste nog minder uitdagend dan snowboarden. Maar dan besef ik opeens dat ik in de Himalaya aan het skiën ben. Met een Rastafari en een Israëliër, die allebei nooit eerder in hun leven sneeuw gezien en gevoeld hebben. Who cares of ik op ski’s sta of op een snowboard? Het gaat om de totaalervaring.
Het weer wordt ondertussen steeds dreigender. Wanneer het opeens begint te regenen, is het tijd voor warme chocolademelk met whisky – die ze ook echt blijken te hebben. Omdat het te koud is in het ongezellige restaurant, toveren we onze kamer om tot een waar paradijs. We sprokkelen hout en steken de open haard aan, leggen alle beschikbare dekens op bed, laten warme chocolademelk op onze kamer serveren, zetten Bob Marley op (uiteraard de muziekheld van Fire) en steken wierook en kaarsen aan. Yan kent weliswaar het woord ‘gezellig’ niet, maar ik heb nooit eerder twee mannen ontmoet die beter zijn in het creëren van een goede sfeer dan hij en Fire.
vuur spugen
Nog een dag wintersporten zien we door het beroerde weer niet zitten – en dus besluiten we eerder te vertrekken dan verwacht. Om de volgende morgen de bus terug naar Rishikesh te kunnen nemen, moeten we heel vroeg op. We regelen de avond ervoor dat er ’s ochtends een taxi onderaan de berg klaar zal staan om ons naar de bushalte te brengen. De receptionist die we ’s ochtends vroeg spreken weet echter van niets en geeft aan dat een taxi nemen niet mogelijk is. Heel bijzonder, aangezien we er zelf bij stonden op het moment dat hij een paar uur eerder de taxi aan de lijn had. Wederom typisch Indiaas gedrag. Terwijl Fire zijn naam eer aandoet en zijn ogen vuur spugen, blijkt de soep niet zo heet gegeten te worden als hij wordt opgediend – zoals óók zo vaak in India het geval is.
Uiteindelijk staat de taxi dan ook op het afgesproken tijdstip op ons te wachten onderaan de berg. De taxi is niet alleen op tijd, ook de bus vertrekt op tijd en de rit terug naar Rishikesh verloopt smooth as it can be. Zo kan het blijkbaar ook. In de bus heb ik genoeg tijd om de balans op te maken. Wintersporten in India is een unieke en soms hilarische ervaring. Maar dan wel eenmalig en maximaal voor een weekend. Wil je écht kunnen skiën of snowboarden (en daarbij frustraties of teleurstellingen voorkomen), dan zou ik dat vooral ergens anders doen. Indian style wintersport is immers alles behalve a smooth ride.
–
meer reisverhalen in zuid-azië
Wil je meer weten over mijn ervaringen in Zuid-Azië? Lees dan de volgende verhalen:
bangladesh – beroemd zijn is vreselijk
bangladesh, china, indonesië, india – fast fashion victim
bhutan – bruto nationaal geluk
bhutan, india, china, indonesie, mexico – springlevende doden
india – baden in miljoenen poepkolonies
india – dessert talk: stargazen
india – op bezoek bij de dalai lama
india – upside down: paragliden – poging I
india – wat je niet ziet, is er niet
sri lanka, india e.a. – visaperikelen
–
reis je met me mee?
–