reisavontuur in o.a. polen – 2006
Met onze tweejarige Zev achterin de auto, gaan we een maand roadtrippen door Oost Europa. Onze eerste stop is Wroclaw, een Poolse studentenstad. Ondanks de regen, wagen we ons naar buiten – om een uur later als verzopen katjes terug te keren in onze hotelkamer. De buitendeur staat bij binnenkomst echter open. Die hadden we toch gewoon dichtgedaan? Al snel zien we dat er allerlei spullen weg zijn. Als een goed begin het halve werk is, dan voorspelt een diefstal op de eerste avond niet veel goeds. En dat klopt.
geruisloze inbraak
De inbraak voelt bijna onwerkelijk en lijkt bijna geruisloos te hebben plaatsgevonden. Onze TomTom, iPad, mijn blackberry en iPod, Kris zijn zonnebril, en nog heel veel kleine dingen zoals opladers en een random reader lijken weg te zijn. Tegelijkertijd heeft de dief heel veel andere waardevolle dingen laten liggen, die bovenop een plankje op ooghoogte lagen. Zo ligt de geldbuidel met al onze pasjes en paspoorten, het kleine cameraatje, onze laptop en mijn zonnebril van Ralph Lauren er nog. Plus de autosleutel – nogal essentieel bij een roadtrip. Onze auto staat dan ook nog gewoon op de parkeerplaats voor het hotel geparkeerd, godzijdank. Mijn grote camera had ik gelukkig mee toen de inbraak plaatsvond. Gelukkig overheerst dan ook het gevoel dat het altijd erger kan: de dief had duidelijk haast en is hoogstwaarschijnlijk maar heel even binnen geweest. Zó kort, dat hij alle waardevolle spullen die los rondslingerden maar niet in de kleine zwarte rugzak zaten heeft laten liggen.
We besluiten ons verlies te nemen, de benodigde zaken te gaan regelen en morgen gewoon een nieuw tablet en navigatiesysteem te gaan kopen – bijna net zo essentieel bij een roadtrip als de auto zelf. Take your loss and leave the market, zei mijn ex die op de aandelenbeurs werkte wanneer hij een enorm verlies moest verwerken. En zo moet ik ook met deze diefstal omgaan: niet teveel stilsaan bij waarom iets is gebeurd of hoe rot iets voelt, maar gewoon doen wat nodig is om verder te kunnen. Wanneer alles is geblokkeerd, de verzekering is gebeld en Kris naar de politie is geweest om aangifte te doen, keert de rust weer een beetje terug. Op de camerabeelden van het hotel is te zien dat er inderdaad iemand de parkeerplaats oploopt en een paar minuten later weer terugloopt met een gevulde oranje rugzak. Tot die tijd voelt het nog altijd alsof het niet echt gebeurd is en we de spullen die missen nog wel terugvinden.
mediamarkt
We proberen van de avond te maken wat er nog in zit en kopen de volgende morgen bij de Mediamarkt om de hoek een vervanger voor de iPad en het navigatiesysteem. Als we daarna richting Krakow doorrijden, lijkt het bjina alsof dit hele voorval niet gebeurd is. Wel zie ik vanaf nu in elke man die kijkt een mogelijke dief. En dat zijn er wonderbaarlijk veel. Wat moeten ze van ons? Daarnaast waren we eigenlijk van plan om onze bagage overdag veelal in de auto te laten liggen. Maar na wat er vannacht is gebeurd, vraag ik me af of dat wel zo handig is.
Een week later, onderweg in het prachtige Roemeense Transsylvanië, horen we bij elke bocht naar rechts een vreemd geluid – en dus voelen we ons genoodzaakt om een garage te zoeken en het wiel te laten controleren. Het zal toch niet zo zijn dat iemand vannacht geprobeerd heeft ons wiel te stelen en daartoe alles los gedraaid heeft? Het zou dan zomaar kunnen dat deze persoon gesnapt is door voorbijgangers en het wiel daarom losgedraaid heeft achtergelaten – hetzelfde wiel als waarop wij nu honderd kilometer per uur rijden, van het authentieke stadje Brasov naar het hippie-kustdorp Vama Veche. Hoe eerder we er zijn, hoe beter. En dus rijden we lekker door. Tot nu.
autopech 1.0
Gelukkig is er aan garages geen gebrek in dit land. Oude auto’s zijn er de norm – en dus zit er op elke hoek van de straat zo’n beetje een garage, om problemen met die oude auto’s op te lossen. Helaas is niet elke garage ook écht een professionele garage – en dus is ook niet elk advies een goed advies. Zo concludeert de eerste garage dat een bepaald onderdeel van het wiel kapot is en vervangen moet worden. Dat kan echter pas maandag – en dus moeten we de komende dagen nog in dit gehucht blijven wachten. Geen goed plan. We hopen een alternatieve garage te vinden, die ons vandaag al kan helpen. We zijn na een dikke week autorijden namelijk echt toe aan een paar dagen strand.
Tien kilometer verderop, in een soort Alpendorpje waar in de winter geskied wordt, vinden we een garage waarvan de eigenaar Engels spreekt. De man heeft goede hoop dat hij het gevraagde onderdeel kan leveren. Dat onderdeel blijkt echter niet te passen – en dus houdt het even op. Even later komt de monteur met goed nieuws. Hij geeft aan dat een aantal bouten niet aangedraaid lijken te zijn – en het wiel dus hartstikke los zit. Dat zou best wel eens het rare geluid met de auto kunnen veroorzaken. En zowaar: nadat de bouten zijn aangedraaid, is het geluid weg en kunnen we verder rijden. Op naar het strand!
autopapieren
Eigenlijk vergeten we min of meer wat er is gebeurd in Wroclaw – totdat we een paar dagen later bij de grensovergang tussen Roemenië en Bulgarije worden aangehouden. Of we onze autopapieren even kunnen laten zien – vraagt de douanebeambte nors. Vertwijfeld kijken Kris en ik elkaar aan. Waar zijn die autopapieren eigenlijk? Ik heb ze heel bewust thuis in de tas gestopt, maar daarna niet meer gezien. In een flits bedenk ik dat ik ze in het voorvak van onze kleine rugzak heb gestopt – dezelfde rugzak waar zoveel spullen uit zijn geroofd op onze eerste nacht in Polen.
Tegen beter weten in zoek ik verder. Maar al snel weten we dat we kunnen zoeken tot we een ons wegen, maar daarmee de autopapieren niet terug zullen vinden. En dus is het maar zeer de vraag wat er nu met ons en de auto gaat gebeuren. De grens oversteken zonder geldige autopapieren kan waarschijnlijk niet. Teruggaan naar Roemenië om daar nieuwe autopapieren te regelen ook niet. We staan zoals dat heet in no man’s land – en dus kunnen we geen kant op. De douanebeambte legt uit dat er in het noorden van Roemenië enorm veel gestolen auto’s worden verhandeld in het gebied waar de Roma’s wonen. Het was ons zelf ook al opgevallen dat daar opvallend veel Porche Cayenne’s met een buitenlands kenteken geparkeerd stonden, terwijl de meerderheid van de mensen in het gebied nog leeft zoals in de Middeleeuwen: met paard en wagen en zónder electriciteit, electrisch gereedschap en mechanisch vervoer – laat staan een Porche Cayenne.
porche cayenne
Godzijdank hebben wij geen Porche Cayenne – en worden we dan ook niet gelijk verdacht van autodiefstal. Dan hadden we waarschijnlijk wel een auto gehad die er iets minder vies uitzag. Wegrijden zonder de juiste autopapieren is echter geen optie. We zullen toch echt eerst moeten bewijzen dat deze ranzige Volkwagen Polo van ons is. Gelukkig bestaat er tegenwoordig zoiets als een mobiele telefoon – en dus zetten we de auto langs de kant van de weg en beginnen met bellen. We hebben immers alleen een document nodig waarop staat dat onze Volkswagen Polo toch echt van ons is – en dus niet gestolen is van een stel Roma’s in het noorden van Roemenië.
Achtereenvolgens heb ik Independer, de RVD, de ANWB en de Nederlandse ambassade in Boekarest aan de lijn – nadat ik eerst minutenlang bij iedere hulplijn in de wacht sta en steeds meer gefrustreerd raak. Er is namelijk schijnbaar niemand die iets voor ons kan doen. Men doet althans alsof dit nooit eerder gebeurd is en men geen idee heeft wat te doen. De temperatuur in én buiten de auto is inmiddels gestegen tot een zinderende hitte. Zelfs Zev – die normaal gesproken geen enkele moeite heeft met wachten en van die gelegenheid graag gebruik maakt om met de iPad te spelen- is er op een gegeven moment wel een beetje klaar mee. Vooral omdat we niet kunnen vertellen hoe lang het nog duurt voordat we deze gare plek kunnen verlaten en door kunnen rijden naar onze eindbestemming van vandaag.
bevalling
Onze enige hoop is uiteindelijk gevestigd op Independer, die ons een bewijs kan faxen dat onze auto verzekerd is én dat die verzekering op Kris’ naam staat. In het kader ‘beter iets dan niets’, bel ik voor een derde keer met hen om ervoor te zorgen dat die fax gestuurd wordt naar de grensovergang. Deze fax wordt weliswaar verstuurd, maar komt helaas niet aan. Ik krijg een alternatief faxnummer en sta voor inmiddels de vierde keer in de wacht bij Independer om dit faxnummer door te geven. Om daarna voor de vierde keer, bij weer een nieuw iemand, ons verhaal te moeten doen en doorverbonden te worden met de juiste persoon die ons kan helpen.
Helaas komt ook die fax niet aan – en dus moeten we het op een andere manier proberen te regelen. Gelukkig biedt een vrouwelijke douanebeambte aan om het te laten mailen naar haar prive e-mailadres. En dus bel ik opnieuw, voor de vijfde keer. Ik werk weer het hele riedeltje af en laat het bewijs uiteindelijk e-mailen naar het opgegeven e-mailadres. Helaas komt ook die e-mail niet aan. Wat is het met communicatiemiddelen in dit land? In een laatste poging om het document te ontvangen, bel ik voor de zesde keer met Independer en laat het document uiteindelijk mailen naar zowel de douanebeambte als naar Kris, zodat wij ook kunnen kijken of het aan komt. Na ruim een kwartier besteed te hebben aan het correct spellen van het e-mailadres van de bewuste dame, gaat de e-mail eruit en blijkt dat Independer het alsnog naar het verkeerde e-mailadres heeft gestuurd. Gelukkig heeft men ons eigen e-mailadres wél correct in de computer staan – en dus ontvangen wij een paar minuten later het verzekeringsbewijs alsnog via de e-mail – en sturen dit vanuit zijn mailbox uiteindelijk door naar de douanebeambte. De aanhouder wint. Maar wat een bevalling.
mazzel
Godzijdank accepteert de douane de print-out van de verzekeringspolis als voldoende bewijs dat de auto van ons is. Officieel is het dat echter niet – en dus is het echt een gebaar van hun kant om ons te laten gaan. Het verhaal had ook heel anders kunnen lopen. In dat geval hadden we met deze auto Bulgarije niet in gemogen, maar ook niet meer terug gemogen naar Roemenië. We hadden in dat geval een nieuwe auto moeten huren en onze eigen auto hier moeten laten staan. De dagen erna hadden dan in het teken gestaan van het verkrijgen van nieuwe autopapieren, waarmee we alsnog terug hadden gekund naar de grens om onze huurauto om te wisselen voor onze eigen auto.
Maar we hebben mazzel – en rijden even later Bulgarije in met onze eigen auto. High five! We besluiten direct een kopie van ons kentekenbewijs aan te vragen bij de RDW, zodat deze vannacht geprint wordt en morgen opgestuurd wordt naar Faye in Den Haag. Met een beetje (extra) mazzel kan zij het die dag via DHL opsturen naar Sofia, waar we het met nog meer mazzelf een dag later kunnen ophalen. Tot die tijd moeten we ons maar gewoon heel goed aan de verkeersregels houden en zorgen dat we niet worden aangehouden.
bubbels
Dik een uur later zijn we al in Varna, Bulgarije’s meest bekende badplaats. We huren er een waanzinnige kamer in een stylish hotel, drinken er bubbels en eten er club sandwiches – de goedkmaker voor de ellendige ochtend die we achter de rug hebben. Wie denkt dat Oost Europa hopeloos achterloopt op het westen heeft het duidelijk mis. Om ervoor te zorgen dat we nieuwe autopapieren krijgen, regelen we alles wat nodig is en rijden twee dagen later richting de prachtige hoofdstad Sofia om daar ons DHL-pakketje op te halen. Ook al weten we zeker dat de RDW en Faye hun werk goed gedaan hebben en het DHL vliegtuig ongetwijfeld niet is neergestort, het voelt toch onnatuurlijk snel dat het pakketje nu al hier op ons ligt te wachten. Eerst zien dan geloven – en dus zijn we blij als we de autopapieren in onze handen hebben en weer legaal de weg op kunnen.
Wat kan ons nu nog gebeuren? Al vrij snel horen we echter weer een raar geluid aan de auto. Het klinkt alsof wéér het linkerwiel los zit. Omdat we weten hoe urgent het vorige keer was dat we snel actie ondernamen, gaan we gelijk op zoek naar een garage. Die bevinden zich in de verpauperde flats die hier overal liggen. Het voelt lastig dat we nou juist zijn overgeleverd aan de mensen die daar werken.
autopech 2.0
Al snel blijkt dat een ongefundeerd vooroordeel te zijn, want de man die er werkt is heel capabel en vriendelijk. Na de auto een uur onderzocht te hebben, blijkt er een ei te zitten in het (gloednieuwe) voorwiel. Waarschijnlijk een fabrikagefout, die ertoe kan leiden dat we over de kop zouden vliegen wanneer we zouden doorrijden. Er zit niets anders op dan het hele wiel te laten vervangen. Helaas heeft de garage de juiste wielmaat niet op voorraad; het voorgestelde alternatief om twee gloednieuwe Continental-banden te laten vervangen door een tweedehands wiel van een lokaal merk (en een andere wielmaat) gaat er bij ons niet in – en dus moeten we op zoek naar een garage die wel de juiste wielmaat verkoopt.
We laten ons mannetje daarvoor bellen naar andere garages in de buurt. In veel gevallen hebben ze wel het juiste wiel op voorraad, maar willen ze dan gelijk vier wielen tegelijk verkopen. Het verkopen van maar één wiel is voor hen niet handig omdat ze dan de overige drie wielen van hetzelfde merk en dezelfde afmeting niet meer kunnen verkopen. Omdat het over de telefoon niet lukt om een nieuw wiel te regelen, gaat Kris samen met het mannetje andere garages af met de auto. Helaas komt hij even later onverrichter zake terug – en dus zit er niets anders op dan terug te rijden naar Sofia en daar bij een professioneel bandencentrum een nieuwe band te kopen. Die verkopen namelijk wel banden per stuk en die zijn dan ook nog eens nieuw en van goede kwaliteit – en dus niet merkloos en versleten, zoals hier veelal het geval is. Zo gezegd, zo gedaan – en dus zitten we een uur later in een professioneel bandencentrum en rijden we nog een uur later weg, met een gloednieuw wiel en een auto die het weer doet. Ik ben nog nooit zo blij geweest bij het zien van een winkel vol autobanden. We kunnen daarna eindelijk op weg naar Skopje, de hoofdstad van Macedonië.
groene kaart-stress
Eenmaal bij de Macedonische grens, tonen wij helemaal content onze gloednieuwe autopapieren aan de douanebeambte. We zijn ons van geen kwaad bewust, en denken alles voor elkaar te hebben. Dat blijkt niet het geval te zijn. De papieren versie van de groene kaart mist. Pardon, groene kaart – welke groene kaart? Die zit toch gewoon verwerkt in het verzekeringspasje, dat wij nog gewoon hebben? Dat is wat althans wat Independer ons van de week heeft verteld. Een aantal landen in Oost Europa blijkt daar echter niet voldoende aan te hebben – waaronder Macedonië. Zij accepteren alleen de papieren versie – die we dus helemaal niet meer hebben sinds de diefstal in Polen. Moeilijk doen terwijl het makkelijk kan, noemen wij zoiets. De machtswellustige douanebeambte die we treffen is echter dol op moeilijk doen, zo merken we aan alles – en dus is ook de papieren print-out van het verzekeringsbewijs van Independer niet voldoende.
Gelukkig is er een oplossing, zo stelt de machtswellusteling voor. Die oplossing luidt: geef mij vijftig euro en ik schrijf voor jou een votje, dat je in Macedonië kunt gebruiken als groene kaart. In de tussentijd zal echter wel een échte groene kaart op moeten worden gestuurd vanuit Nederland. We beseffen ons terdege dat dit geld rechtstreeks de zakken van de douane-beambte in gaat, maar hebben weinig keuze. We zijn allang blij dat we er met die extra vijftig euro vanaf zijn – voor nu althans. De betaling kan echter alleen in euro’s – en laten we die nou weer nét niet hebben. Met dertig US dollar en veertig Roemeense lei hebben we bovendien te weinig andere cash om aan datzelfde bedrag te komen. En van betalen met een debet- of creditcard hebben ze hier nog niet gehoord – waarschijnlijk omdat ze dat niet in hun broekzak kunnen steken.
bermudadriehoek
En dus zit er niets anders op dan terug te gaan naar Bulgarije, daar ergens te gaan pinnen en daarna de verkregen Leva’s –Bulgarije’s lokale valuta- te wisselen voor euro’s. Dat lijkt eenvoudig, maar blijkt nog best spannend. Ook Bulgarije blijkt het groene kaart-pasje namelijk niet te accepteren en kan daar theoretisch gezien dus moeilijk over doen. Daarmee lopen we in feite het risico dat we de komende dagen op het stukje niemandsland tussen Bulgarije en Macedonië moeten doorbrengen en/of een auto moeten huren om over een paar dagen in Sofia de nieuwe groene kaart op te halen en weer terug te rijden naar de grens. Er lijkt maar geen einde te komen aan het gezeur – en dat allemaal nog altijd omdat we in Polen de eerste nacht bestolen zijn. Dit was duidelijk een diefstal met een heel lang staartje.
Gelukkig lukt het om zonder gedoe Bulgarije weer in te komen en daar op zoek te gaan naar de dichtstbijzijnde geldautomaat. Die blijkt maar liefst 35 kilometer verderop te zitten. Mocht die automaat het niet doen, dan moeten we zelfs bijna honderd kilometer terugrijden – bijna weer naar Sofia terug dus. Deze regio voelt inmiddels als een soort Bermudadriehoek, waar we maar niet weg lijken te komen. Gelukkig blijkt het niet zo ver te komen: de eerste geldautomaat doet het gewoon – en dus hebben we daarna Bulgaarse cash, om te kunnen wisselen voor euro’s.
klaar mee
Ondertussen bel ik met Independer om af te stemmen rondom de groene kaart. Die blijkt wederom het pasje opgestuurd te hebben in plaats van de papieren groene kaart, zoals ik expliciet had gevraagd aan de telefoon toen we op de grens van Bulgarije stonden. Zij blijkt bovendien niets te kunnen doen voor ons de komende vier dagen. Het is nu vrijdag, het weekend werkt er niemand en maandag is het Pinksteren. Pas dinsdag kan zij aan haar leidinggevende vragen of ze de groene kaart naar Macedonië mag versturen – die er dan woensdag pas op zijn vroegst zou kunnen zijn via DHL. Het lukt ons niet om haar ervan te overtuigen de groene kaart vandaag al op te sturen naar ons. Ze heeft de kaart immers gewoon voor haar neus liggen en had zelf ook kunnen weten dat we deze nodig hadden, aangezien we hebben aangegeven waar we zaten en naartoe gingen. Helaas ziet zij het anders en durft ze het niet aan om buiten de goedkeuring van haar leidinggevende om de kaart op te sturen.
We merken allebei dat we door al dit autogedoe een beetje klaar zijn met het reizen hier. Een deel in ons hart snakt naar veiligheid en zekerheid. Waarom laten we Oost Europa niet links liggen en steken we de grens met Griekenland over, zodat we via de Europese Unie terug naar huis kunnen rijden? Daar hebben we die papieren groene kaart immers helemaal niet nodig. Een ander deel in ons schreeuwt iets totaal anders. Reizen door Italië is niet waarvoor we gekomen zijn. We gaan nog zoveel vets zien de komende weken in Oost Europa; het is zonde om nu af te haken.
veiligheid voorop
Veiligheid staat echter voorop, zo beseffen we allebei – net zoals de behoeftepiramide van Maslov altijd bepleit. We kunnen niet het risico nemen dat we straks het ene land niet in mogen en het andere land niet meer uit kunnen. Of dat we chantabel zijn, omdat we niet over de juiste papieren beschikken. Blijkbaar hebben we dat laatste risico onbewust al twee keer genomen, door Bulgarije en Macedonië in te rijden zonder de juiste papieren. Dat risico lopen we gelukkig niet als we nu besluiten om de gevraagde vijftig euro te betalen en Macedonië ingaan met het handgeschreven vodje van de douanebeambte. We kunnen daarna alsnog besluiten om via Griekenland en Italië terug naar Nederland te gaan, of om alsnog de groene kaart op te laten sturen vanuit Nederland.
Terwijl de eerste optie voelt als opgeven, houden we met de tweede optie nog alle opties open. Na veel wikken en wegen en besluiteloos stilstaan voor de grens, besluiten we voor optie twee te gaan. We zijn hier niet gekomen om de makkelijke weg te nemen. Dit is in ieder geval nog niet het juiste moment. Tegelijkertijd zien we ook wel in hoe relatief dit alles is. We zijn gezond, we hebben een nieuw voorwiel én elkaar, we vinden Grieken en Italianen net zo aardig als Oost Europeanen en we zijn reuze flexibel. Er is dus eigenlijk niets aan de hand.
een teken
Gelukkig horen we even later dat de mevrouw van Independer toch iets wil doen om ons te helpen – en daarom de groene kaart vanavond langsbrengt bij Faye thuis. Zij kan die dan zelf opsturen naar Macedonië. Het voelt als een teken: we hebben de juiste keuze gemaakt door terug te gaan naar Macedonië en moeten onze roadtrip door Oost Europa gewoon afmaken. Ook al is de weg erdoorheen misschien lastig.
Omdat we uit de pinautomaat Bulgaarse leva’s hebben gekregen, moeten we deze eerst wisselen voor euro’s. Ook dat blijkt nog niet zo makkelijk. Aan de Bulgaarse zijde van de grens is er namelijk geen wisselkantoor open. Aan de Macedonische grens is dat wel het geval, maar daar kunnen we met de auto op dit moment niet in voordat we ons geld gewisseld hebben. Lukt dat wisselen niet, dan moeten we niet het risico lopen dat ons bij de derde keer in- en uitrijden van de Bulgaarse grens alsnog naar onze groene kaart gevraagd wordt en we na alle moeite straks toch vastzitten. Onze auto blijft dan ook in Bulgarije totdat we onze vijftig euro hebben – en dus zeker weten dat we Macedonië binnenkomen.
te voet verder
Terwijl Kris in Bulgarije blijft met de auto, loop ik de grens over en wissel zoals gepland de leva’s in euro’s. Althans dat is het plan. Kris heeft echter opeens iemand gevonden om euro’s mee te wisselen en komt me daarom met de auto ophalen in het stukje niemandsland, vlak voor de douane. Nadat ik ben ingestapt, rijdt hij vliegensvlug in zijn achteruit weer terug naar het grondgebied van Bulgarije – waar we daar het geld kunnen wisselen en over de grens met Macedonië een provisorisch verzekeringsbewijs kunnen kopen bij de douanebeambte. Hoe spannend kun je zoiets simpels als het wisselen van geld maken.
Het is inmiddels al bijna avond en onze eindbestemming Skopje ligt op zeker nog anderhalf uur rijden. Het landschap is echter mooi, het ruikt hier overal heerlijk en het voelt bizar om na zo’n rare en lange dag het land eindelijk binnen te zijn. Macedonië voelt na vandaag als een soort verboden vrucht, waarvan we opeens mogen proeven. We rijden gelukkig in één keer goed naar het centrum van de stad – ook dit keer zonder navigatiesysteen. Het hotel dat ik heb uitgezocht, heeft gelukkig nog net één kamer vrij. Voor de deur zit bovendien een heerlijk terras, waar onze naam op lijkt te staan geschreven. Soms moeten dingen zo zijn.
appeltje-eitje
Omdat we van meerdere kanten hebben begrepen dat we desnoods weer zo’n ‘groene kaart’ kunnen kopen aan de grens met Albanië, besluiten we zonder officieel document de grens over te steken. Eenmaal in Albanië, kunnen we altijd nog via de EU terug naar Nederland als we dat zouden willen. We kunnen nooit klem komen te zitten tussen twee landen – en dus laten we de echte, officiële groene kaart vanuit Nederland opsturen naar Tirana, de hoofstad van Albanië.
Vergeleken met de grensovergang met Bulgarije en Macedonië, is die met Albanië een appeltje-eitje. Binnen een minuut rijden we het land in, zonder enig machtsvertoon én zonder te vragen naar een groene kaart. Wat een welkome afwisseling! Albanië zelf voelt ook echt anders dan de andere landen waar we tot nu toe zijn geweest. De wegen, het welvaartsniveau en het landschap verraden dat we hier in een arm land zitten, zonder veel toerisme. Ons navigatiesysteem doet het ook hier alleen op een paar hoofdwegen – en dus is het kaartlezen en oppassen geblazen. Op de meest onvoorspelbare plekken zitten immers gaten in de weg of liggen putdeksels open. Daarnaast houden wegen soms opeens op of gaan deze zonder waarschuwing over in gravelpaden. Albanië voelt daarmee bijna als een derdewereldland; heel bijzonder dat dat in Europa kan.
veiligheidzoeker
Na een bezoek aan de mooie middeleeuwse stad Berat, komen we totaal uitgeput aan in Gjirokaster – een andere Albanese highlight. Het enige dat we op dat moment nog willen, is een pizza en een fles rode wijn. En zowaar staat die een half uur later voor ons klaar. De wijn zit weliswaar in een gebruikte limonadefles, maar eenmaal in een wijnglas is er een kniesoor die daar nog op let. Albanië rocks.
We rijden de volgende dag verder naar de allermooiste plek van Albanië, genaamd Ksamil. Eindelijk echt even ontspannen, met uitzicht op een turquoise zee en drie dromerige eilandjes. Via wat tussenstops rijden we daarna richting hoofdstad Tirana. Als het goed is ligt hier onze groene kaart, die door Faye vanuit Nederland is opgestuurd. In Nederland vind ik het altijd de normaalste zaak van de wereld dat pakketjes op tijd worden afgeleverd op het juiste adres, ook al moet het uit het buitenland komen. In dit geval vind ik het echter toch best weer spannend. Gelukkig ligt het envelopje gewoon voor ons klaar, met daarin de mooiste groene kaart die ik ooit heb gezien – of beeld ik me dat maar in? Hoe dan ook: we kunnen eindelijk legaal de grens over én het land door – en dat voelt méér dan fijn. Nooit geweten dat ik zo’n veiligheidszoeker was, maar het bewijs is hiermee geleverd. Ik ben een totale muts – met (vanaf nu) hele mooie en complete autopapieren. Amen.
–
meer reisverhalen uit centraal-europa
Wil je meer weten over mijn ervaringen in Centraal-Europa? Lees dan deze verhalen:
duitsland – maandag bestaat niet
duitsland, finland, rusland, estland – citytrip xl
hongarije – par(ad)ijs van het oostblok
oostenrijk, duitsland e.a. – poppenlust
tsjechië – prostitutie paradijs
tsjechië & slowakije – fluwelen scheiding
–
reis je met me mee?
–